De uitzonderlijke aankoop is mogelijk gemaakt dankzij ruimhartige steun van onder andere de Vereniging Rembrandt en de gemeente Amersfoort. Het Mondriaanhuis had de werken sinds 2010 in langdurige bruikleen van een erfgenaam van kunstverzamelaar Dr. J.F.S. Esser. Na overlijden van deze eigenaar dreigden ze voor het publiek verloren te gaan. Door intensief contact met de erven is het gelukt de schilderijen en tekeningen definitief te behouden voor het Nederlands openbaar kunstbezit.
“Dat de aankoop van maar liefst negen werken is gelukt, is echt heel bijzonder. Wij zijn ontzettend blij dat ze, met alle steun die we hebben gekregen, voor eens en altijd in het Mondriaanhuis kunnen blijven. Zo kan iedereen van de unieke ontwikkeling van deze pionier van de abstracte kunst blijven genieten.” Paul Baltus, directeur Mondriaanhuis.
Aankoop
Op verzoek van de erfgenamen is bepaald dat de aankoopsom niet bekend wordt gemaakt. De verwerving is tot stand gekomen met de steun van Vereniging Rembrandt (mede dankzij haar Mevrouw M. Boersma Fonds, haar Van Lith-Dumont Fonds en haar VriendenLoterij Aankoopfonds), de gemeente Amersfoort, Sociaal Cultureel Fonds De Amersfoortse en de Vrienden van het Mondriaanhuis.
De jonge Mondriaan
Piet Mondriaan (1872, Amersfoort – 1944, New York) leerde op vroege leeftijd het tekenen en schilderen van zijn vader en oom Frits. Na zijn lerarenopleiding handtekenen verhuisde hij in 1892 naar Amsterdam en studeerde hij aan de Rijksacademie. Zijn vroege werk, rond 1900, is nog figuratief en ambachtelijk, al zijn er al wel tekenen van vernieuwing te zien. Zijn onderwerpkeuze is traditioneel: boerderijen, landschappen, dorpsgezichten, bloemen en portretten. Pas na zijn vertrek naar Parijs in 1911 zien we een omslag naar meer abstract werk.
Collectie Esser
De negen verworven werken maakten deel uit van een omvangrijke collectie Nederlandse kunst uit begin vorige eeuw, die in de jaren 1906-1912 werd bijeengebracht door huisarts, plastisch chirurg, schaakkampioen, zakenman én kunstverzamelaar Dr. J.F.S. Esser (1877-1946). Tot zijn patiëntenkring behoorden o.a. de schilders Jan Sluijters en George Hendrik Breitner. Via hen kwam Esser ook met andere jonge, talentvolle kunstenaars in contact, waaronder Piet Mondriaan. Op het hoogtepunt bestond zijn verzameling uit 800 werken, waarvan 80 van Mondriaan. Na Essers dood werd de collectie die resteerde (een deel van de verzameling liet de arts namelijk al in 1919 weer veilen) verdeeld over zijn erfgenamen.
De volgende werken zijn aangekocht:
1. Geïsoleerde boom aan het Gein (olieverfschets I), Olieverf op doek, 1906-1907, 53 x 36 cm
2. Boerenhoeve, Olieverf op doek 1905, 27 x 39 cm
3. Opklapbrug in een weiland, Olieverf op doek, 1903, 21,5 x 28 cm
4. Boerderij aan het Gein geflankeerd door hoge bomen, Olieverf op doek, 1906-1907, 33,3 x 56,6 cm
5. Baggermolen op de Amstel bij de Omval, Olieverf op karton, 1906-1907, 63,5 x 76 cm
6. Knotwilgen aan een sloot buiten Amsterdam, Aquarel, 1905, 28,5 x 40 cm
7. De Lappenbrink, gezicht op de Nieuwstraat, Zwart- en kleurkrijt op papier, 1899, 45 x 61 cm
8. De Lappenbrink, gezicht op de Meddosestraat, Zwart- en kleurkrijt op papier, 1899, 59 x 43 cm
9. Chrysanthemum bloem, Houtskool op papier, 1908, 27,5 x 50,5 cm